14 april: de tocht naar het noorden: Heerenveen, Drachten en Dokkum

Het is dit jaar 75 jaar geleden dat Nederland bevrijd werd van de Duitsers. De bevrijding van Fryslân begon op 12 april. In een serie van vijf artikelen staan we daar de komende dagen bij stil. Deel drie: de tocht naar het noorden.
Canadezen yn Ter Idzard © drentheindeoorlog.nl
"Ga maar veel bidden, want morgen blazen we de hele zaak op." Het zijn woorden die het angstzweet doet uitbreken bij de vouwen die nog gevangen zitten in Crackstate. Het Heerenveense gemeentehuis dat nu het hoofdkwartier van de Sicherheitsdienst (SD) is.
Een heel beruchte plaats in de oorlog, waar veel gevangenen (vaak verzetsmensen) door de SD gemarteld en omgebracht werden. De woorden die de SD-er de vrouwen in de nacht voor de bevrijding toesnauwt, bevestigen hun idee dat zij en de ongeveer zestig mannen die daar gevangen zitten, hun leven niet veilig zijn. De vorige dag hebben ze gehoord hoe er de hele dag gesleept is met dozen en kisten, mogelijk explosieven.
Op zaterdag 14 april trekken de Canadezen onverbiddelijk op naar Heerenveen. Omdat een brug in het zuidwesten van Oudeschoot opgeblazen is, moeten de verkenners een kleine omweg nemen. Maar gelukkig is de brug van Mildam niet in bezit van de Duitsers en zo kunnen de Canadezen eindelijk Heerenveen binnen rijden, zonder al teveel strijd.
Mars van leden van de NBS bij de bevrijding in Heerenveen © Tre

Schietpartij boven Tjalleberd

Maar in de streek rondom Heerenveen is dat wel anders. Bij Haskerdijken leveren de Duitsers veel strijd en dus besluiten de Canadezen in oostelijke richting een brug over de Hooivaart te zoeken. Zo komen ze uit voor de boerderij van Site Veenstra en zijn vrouw Bet Veenstra-Adema, bij de Warrebrêge dus, noordelijk van Tjalleberd. Daar hebben de Duitsers zich intussen ingegraven: ze zijn niet van plan deze brug over te geven. Maar als de Canadezen tanks inzetten en op ze schieten, maken ze met een witte lap duidelijk dat ze zich willen overgeven.
Heerenveense verzetscommandant Sieger van der Laan is mee om de Canadezen de weg te wijzen en bij het zien van de witte vlag wil hij graag in onderhandeling met de Duitsers. De Canadezen raden hem dit af, maar Van der Laan gaat toch. In spanning wachten de bevrijders af wat er gaat gebeuren, tot ze ineens zien hoe een Duitse commandant hem neerschiet. De Canadezen openen het vuur op volle kracht en een lange beschieting volgt. In de middag staken ze het vuur en weten de Duitsers toch te ontkomen.
Wat zullen de Duitsers op het laatste moment nog doen met de gevangenen in Crackstate?
Gerlof de Wolf
© x

Spanning in Crackstate

De lange beschieting is ook te horen in Crackstate, waar de spanning nog altijd oploopt. Wonder boven wonder zijn de zes vrouwen intussen vrijgelaten, maar de 60 gevangen mannen zitten nog altijd in doodsangst.
Bakker Gerlof de Wolf hoort het geknal en de geruchten van aankomende Canadezen in spanning aan. Hij was degene die altijd het eten voor de gevangenen van de gaarkeuken naar Crackstate bracht en is zeer begaan met het lot van de mannen. "Bange voorgevoelens maakten zich van mij meester. Wat zullen de Duitsers op het laatste moment nog doen met de gevangenen in Crackstate? Wat zullen ze doen met Crackstate zelf en met het telefoongebouw? De lucht in? Hetzelfde lot dus als onze bruggen? Of zullen er in Crackstate misschien tijdbommen liggen? De mensen maakten elkander bang en bevreesd."

'Ze staan op de Bronlaan!'

Ondertussen is aan de andere kant van Fryslân de bevrijdingstocht van de Royal Canadian Dragons richting de waddenkust. 's Ochtends vroeg hoorden ze in Drachten al schoten uit de buurt van Ureterp en in de loop van de ochtend is het eindelijk hun beurt.
De eerste Canadese verkenningswagens en pantserwagens rijden via de Ureterpvallaat en de Noordkade Drachten binnen en de bevolking stroomt massaal toe om ze onder gejuich binnen te halen. Via Drachten rijden ze naar Veenwouden. Daar loeit om 10 uur nog de sirene omdat er geschoten wordt tussen de Duitsers en de BS. In de middag rijdt een groep van 40 Canadese soldaten Veenwouden binnen en 's avonds is het ook feest in Damwoude.
De auto waarmee Duitsers proberen te vluchten bij de Woudpoortsbrug in Dokkum. © Fries Verzetsmuseum

Op naar Dokkum

Van Damwoude is het nog maar een klein stukje naar Dokkum. De Canadezen kunnen niet bedenken hoe erg ze daar af zitten te wachten op de verlossende inkomst. Die nacht hebben de BS al geprobeerd de brug bij Dokkumer Nije Silen weer te heroveren van een beruchte Duitse commandant. Dat mislukte, maar alle mannen van de BS konden ontkomen.
In de loop van de zaterag leveren ze opnieuw op verschillende fronten in de omgeving strijd. De Duitsers hebben de brug bij Nije Silen uit zichzelf verlaten, maar op de Soensterdyk richting Dokkum wordt een autobus vol Duitsers onderschept, daar wordt gevochten met vijftien landwachters op fietsen en er ontstaan op verschillende plaatsen schermutselingen. Aan beide kanten vallen slachtoffers.
Zo is daar het tragische verhaal van Oege Monsma en de jongere Pieter Eekhof. De 56-jarige Monsma komt uit Broeksterwoude en fiets elke dag even naar zijn zoon in Dokkum. Maar vandaag treft hij landwachters die op deze rumoerige dag wrede maatregelen nemen.

Levend schild

Hij wordt samen met de 15-jarige Pieter Eekhof als levend schild vastgebonden aan de spatborden van de auto van de Duitsers. Als de auto over de Wâldpoartbrug rijdt, neemt het verzet de auto direct onder vuur, niet wetende van Eekhoff en Monsma. De jonge Eekhoff is op slag dood, Monsma sterft een kleine week later. De auto is compleet verwoest en de Duitsters vluchten Dokkum in, maar worden daar opgepakt door de Dokkumer politie.
Twee Nederlandse SS-ers en NSB burgemeester van Oostdongeradeel onder schot. Links een lid van de BS © ANP

Dokkum is vrij

Eindelijk lijken de verzetsstrijders Dokkum in de loop van de dag veroverd te hebben en plaatsen ze de driekleur op de Dokkumer Nije Silen. Toch houdt het gerucht aan dat de Duitsers vanuit Holwerd weer de stad in zullen trekken. Maar dan ineens, om een uur of zeven, gonst het door de straten: "Ze staan op de Bronlaan!" En daar zijn de Canadezen, met brullende motoren maken de tanks een ereronde over de markt, de straatstenen vliegen in het rond. De eerste stad van Fryslân, Dokkum, is vrij.
Brug bij Blauferlaat © Tresoar
in Noordoost Fryslân valt vandaag nóg een succes te vieren. Bij de brug over het kanaal bij Blauferlaat vechten de BS en de Duitsers al twee dagen omdat de brug over het Prinses Margrietkanaal een belangrijk strategisch punt is. De Duitsers willen de brug vernietigen, maar Friese Verzetsstrijders uit onder andere Buitenpost, Gerkesklooster en Stiensga weten dat deze zaterdag definitief te voorkomen en de brug in hun bezit te krijgen.
Terwijl Weeshuis en H.B.S. in lichter laaie stonden, begon het ook naar het zuidwesten te branden.
Keimpe Sikkema

Spoor van vernieling

Waar de BS uit alle macht proberen de ruiten voor de Canadezen intact te houden, saboteren de Duitsers in hun laatste grillen waar ze ook maar kunnen. Ze blazen bruggen bij Haskerdijken, Oudeschoot, Oldeboorn en de Foenejachtbrug op. Ook bij de uittocht uit Leeuwarden die nog steeds gaande is, doen de Duitsers hun best.
Keimpe Sikkema schrijft in zijn oorlogsdagboek: "Terwijl Weeshuis en H.B.S. in lichter laaie stonden, begon het ook naar het zuidwesten te branden. Aanvankelijk dachten we, dat het 't Burmaniahuis was, de zetel van de Rexisten, waar zeer waarschijnlijk evenals in het Weeshuis- wel voor de heren nazi's bezwarend materiaal vernietigd zou moeten worden. We zagen echter spoedig, dat het verder weg was (...) we kwamen tenslotte tot de conclusie, dat het een munitietrein of een munitieopslagplaats moest zijn."
Maar ondanks alle vernielingen hebben de Canadezen aan het einde van de dag flink terrein gewonnen. Heerenveen, Akkrum, Drachten, Buitenpost, Dokkum en alle dorpjes daar tussenin: bijna de helft van Fryslân is bevrijd uit handen van de bezetter. Op naar Sneek, op naar Leeuwarden en op naar de waddenkust!
Brand in het Old Burger Weeshuis in Leeuwarden op 14 april 1945 © Tresoar

Rollen omgedraaid

Mar hoe is het afgelopen met de 60 mannen in Crackstate? In de loop van de dag lijken de Duitsers weg te zijn, maar zeker weten doe je het nooit. Toch houdt bakker De Wolf het tegen een uur of drie niet meer uit en met zijn bakkersknecht Hendrik Kooi gaat hij gewaagd het terrein op. Ze verwachten elk moment Duitsers, maar zetten dapper door.
In het gebouw lijken ze de sleutels te vinden onder een doek, maar ze verwachten overal boobytraps en bommen. "Ik pakte de punt van de handdoek heel voorzichtig beet. Een millimeter omhoog. Voorzichtig. Nog een. Nog een. leder ogenblik zouden we de lucht in kunnen gaan. Zie je iets. Henk? Goed kijken, jong! Zie je niks? Neen, nog niets, nog niets, enkel sleutels. Dan vooruit en ik pakte de verschillende ringen met sleutels en twee losse grote sleutels uit de doek vandaan."

Vrijheid tegemoet

De 60 mannen zijn dolblij als ze De Wolf en Kooi zien en het heeft nog heel wat voeten in de aarde om ze veilig en stil het pand uit te krijgen. Maar het lukt: eindelijk lopen ook deze mannen hun vrijheid tegemoet.
Nét op tijd, blijkt achteraf, want vijf minuten later stappen er toch weer Duitsers Crackstate binnen. Toch zijn de rollen nu omgedraaid: in de dagen hierna zullen er in Crackstate NSB'ers, moffenmeiden, verklikkers en zwarthandelaren opgesloten worden.
Voor dit artikel is gebruik gemaakt van informatie van de websites heerenveenmuseum.nl; drachtstercourant.nl; rtvnof.nl; gevangeneninfriesland.nl; tracesofwar.nl; geschiedenisdc.nl. en het boek De regio tijdens de Tweede Wereldoorlog van W.H. de Vries, de bevrijdingsbijlage in de Leeuwarder Courant van zaterdag 8 april 1995, het artikel '14 april: De Wouden bevrijd' in de Leeuwarder Courant van 14 april 2010 en het oorlogsdagboek van Keimpe Sikkema.
Woensdag volgt deel vier van deze serie. Dat gaat over de bevrijding van Leeuwarden en Sneek.
Lees deel een en twee terug. Deze serie artikelen is mede tot stand gekomen door een bijdrage van het vfonds.