Noordelijk Film Festival komt met drive-in-bioscoop op het Zaailand

Het Noordelijk Film Festival zal in november te maken hebben met mindere capaciteit in de filmzalen, omdat het publiek op anderhalve meter afstand van elkaar moet zitten. Buwalda: "Wat er nu gebeurt bij Slieker Films idat we twee of soms zelfs drie stoelen tussen de bezoekers hebben. Dat moeten we straks ook in De Harmonie doen. Dat zorgt er voor dat je veel minder mensen kwijt kunt. Om dat op te vangen, hebben we geprobeerd een extra zaal te creëren. Dat is bij ons het Zaailand geworden."

De 'Drive-in-Cinema' is een aanvulling op het festival in coronatijd, volgens de organisatie: 'een 'old-school' concept dat de nodige nostalgische kracht heeft'. Een film bekijken terwijl je in de auto zit, is een intieme, veilige en verantwoorde manier. Maar tegelijkertijd grootschalig, omdat je met veel mensen op hetzelfde moment een film kunt zien op het grote doek. Die film wordt wel afgestemd op de locatie, belooft Buwalda. "We focussen op Noord-Europese films, maar we controleren wel of het past om deze film buiten te draaien. Het moet een toegankelijke en voor een breed publiek interessante film zijn."

De Drive-in-Cinema is vijf dagen lang met twee films per avond. Er kunnen ongeveer 90 tot 100 auto's op het plein staan, met genoeg onderlinge afstand. Onder de kap van het Fries Museum kan een groot filmdoek hangen van bijna 15 bij 7 meter. De gemeente Leeuwarden heeft de vergunning voor de drive-inbioscoop al afgegeven. Uitdaging was de markt op vrijdag, die ook op het Zaailand plaatsvindt. Buwalda: "We mogen op vrijdagavond net iets langer doorgaan, zodat we die avond toch twee films kunnen vertonen."

Ondanks de extra ruimte die de drive-in-bioscoop de organisatie biedt, blijft het lastig om de financiën rond te krijgen. "We zijn aan het puzzelen met de begroting", vertelt Buwalda. "We schrijven fondsen aan om te zien hoe we het festival dit jaar financieel kunnen organiseren. Maar we laten ons niet uit het veld slaan. We zoeken continu waar we op kunnen bezuinigen om toch onze films te vertonen aan een groot publiek."