Brieven uit de oorlog: "Ik dacht eerst dat het een grap was"

Hij dacht dat het een misplaatste grap was. Maar Harry Lezer kreeg begin dit jaar daadwerkelijk de brieven te lezen die zijn moeder Mary Lezer-Swaab 77 jaar geleden verstuurde vanuit de Hollandsche Schouwburg in Amsterdam. Harry's ouders, Mary en Jozef, zijn in Auschwitz omgebracht. Zelf overleefde hij de oorlog in Fryslân.
© Familiefoto
Tekst Martijn van Dijk
Als Monique van der Meulen uit Haarlem niet had bedacht om met behulp van social media de verblijfplaats van Harry Lezer te achterhalen, dan had Harry nooit de brieven van zijn moeder onder ogen gekregen. ,,Een van de weinige tastbare herinneringen aan mijn moeder'', constateert hij. Harry woont al sinds 1951 in Australië en gebruikt zijn oorspronkelijke naam Herman niet meer.
In een skype-gesprek vertelt hij hoe hij in eerste instantie niet eens reageerde op de mail uit Nederland. ,,Ik dacht eerst dat het een scam was.
© -
Begin januari kreeg hij een bericht van Monique van der Meulen. Ze schreef dat ze brieven van zijn moeder bezat. Die kwamen uit de nalatenschap van haar familie. Pas nadat Monique contact opnam met Harry's dochter Alaina en zij hem belde, kreeg Harry pas goed in de gaten waar het eigenlijk om ging. Het waren de brieven die zijn eigen moeder had geschreven.

Mary en Jozef

Mary Lezer-Swaab schrijft drie brieven in de periode dat ze gevangen zit in de Hollandsche of ook wel Joodsche Schouwburg. Ze richt ze aan haar kennissen: de familie Van der Meulen. Ze vraagt om voedsel op te sturen voor haar zoontje Herman en haarzelf. Mary zit in de schouwburg, in afwachting van deportatie. Herman zit net als alle Joodse kinderen van onder de 13 jaar in de crèche ertegenover. Vader Jozef is al eerder opgepakt en naar Westerbork getransporteerd.

Brieven

De eerste brief dateert van 29 juli 1943. Twee dagen later, op 31 juli schrijft Mary: Beste Familie. Hartelijk dank voor het ontvangen pakket. Indien mogelijk, wil dan zoo vriendelijk zijn nog eens iets te sturen. Vele groeten Herman en Mary.
© Familiefoto
In haar laatste brief schrijft ze dat ze op weg is naar Westerbork en vraagt ze of de familie Van der Meulen daar wat lekkers naartoe wil sturen. In Westerbork wordt Mary weer herenigd met Jozef. Op dinsdag 24 augustus 1943 vertrekken Jozef en Mary naar Auschwitz, waar zij drie dagen later worden vermoord. Maar dan zit Herman al veilig bij de familie Jansma in Haskerhorne.

Ver weg, maar in zijn hart

Inmiddels woont Harry al bijna zeventig jaar in Australië. Maar Friesland is hij nooit vergeten en hij is meer dan twintig keer teruggeweest. Met kinderen en kleinkinderen. Vanwege zijn gezondheid kan hij de reis naar het heitelân niet meer opbrengen. Dat spijt hem gigantisch. Friesland voelt voor hem als thuiskomen, legt hij uit. En zijn Friese pleegfamilie Jansma zit in zijn hart.

Milieu

De kleine Herman die in 1943 onderdak krijgt bij de Jansma's komt uit een heel ander milieu. Het enig kind van Mary en Jozef wordt geboren op 22 maart 1939 in Amsterdam. Hij heeft een grote familie, die verspreid in de provincie Groningen en in Amsterdam woont. Vader is handelaar in tweedehands meubelen. Harry denkt dat ze daarom de niet-joodse familie Van der Meulen waarschijnlijk kennen, dat zijn namelijk meubelmakers.
Als zijn ouders in Auschwitz het leven laten, woont Herman al enkele weken op de boerderij van de familie Jansma. Hij is uit de crèche tegenover de schouwburg gesmokkeld. Wie daarvoor precies verantwoordelijk waren en wie hem naar Friesland hebben gebracht, weet hij niet.

Broer

Er was in ieder geval een goede dekmantel geregeld. Hij werd Herman Julius Oostwald, een 'evacueetje' uit het gebombardeerde Rotterdam. Bij heit en mem Jansma en zijn pleegbroers en -zussen beleeft Herman een geweldige tijd. Hij gaat niet naar school, maar op en rond de boerderij is genoeg te doen. Het gezin bedenkt ook een nieuwe heel toepasselijke naam voor hun nieuwe broertje: Broer.
Heit Symen Jansma zit in het verzet, de boerderij wordt gebruikt voor wapenopslag en er verblijven meerdere onderduikers. Ondanks de talloze gevaren wordt Broer/Herman liefdevol opgevangen. Tweemaal komen de Duitsers huiszoeking doen, maar beide keren ontspringt de familie de dans.
Harry Lezer © Eigen foto
Als in 1945 de oorlog is afgelopen, blijft het stil rondom Herman. Er zijn maar weinig familieleden die het hebben overleefd. Alleen een broer van zijn moeder en diens gezin zijn er nog. Zij duiken een paar maanden na de bevrijding op en nemen Herman mee terug naar Amsterdam. Het afscheid valt hem zwaar. De familie had hem ook graag willen houden. Hij komt geregeld terug naar de boerderij en zijn Friese familie komt ook op bezoek in Amsterdam. Maar in 1951 emigreert het gezin naar Australië en gaat Harry mee.

Australië

Harry groeit verder op in Australië. Hij trouwt, krijgt kinderen en kleinkinderen. Hij keert pas in 1979 voor het eerst weer terug naar Fryslân. Het is een onvergetelijk en emotioneel weerzien. Harry is de Jansma's dankbaar voor wat ze voor hem hebben gedaan. "Toen ik heit in 1979 vroeg waarom hij het allemaal had gedaan, antwoordde hij: 'Dat was mijn christelijke plicht'. Als ik daaraan terugdenk, word ik nog steeds emotioneel.''
Monique van der Meulen hoopt de brieven van Mary ook echt te kunnen overhandigen aan Harry. Het plan was om eind april naar Australië te reizen. Maar of dit in de huidige situatie door kan gaan, is de vraag.
Harry hoopt zondag, 22 maart, 81 te worden. Alhoewel barstend van levenslust, moet hij het toch iets rustiger aan doen vanwege zijn gezondheid. De dokters raden hem daarom ook af om verre reizen te maken. ,,Dan zou ik misschien niet meer levend terugkomen, zeggen ze. Maar aan de andere kant zou ik dat niet eens erg vinden. Ik ben stapelgek op Friesland. Als ik daar sterf, is het goed.''
'De terugkeer van de Joodse kinderen' vertelt de verhalen van Joodse kinderen, die in de oorlog in Fryslân zaten ondergedoken. Het is een gemeenschappelijk project van Stichting de Verhalen, Tresoar, Omrop Fryslân, de Leeuwarder Courant en het Friesch Dagblad.