Wietse Tolsma uit Arum was in rampgebiet op Papoea: "Mensen zijn ernstig getraumatiseerd"

Tolsma zag met eigen ogen welke gevolgen de ramp heeft op mensen in het gebied. "Duizenden mensen waren op de vlucht, er was nog helemaal geen hulp. Het was een grote chaos toen ik op het vliegveld in Sentani aankwam", vertelt hij. Sentani was ook het episch centrum van de ramp. Tolsma: "Het is daar nu een grote kale vlakte met ingestorte woningen en ontwortelde bomen. De mensen zijn nu - drie weken na de ramp - opgevangen in opvangkampen, maar toen ik daar was, moest dat allemaal nog opgezet worden."

Mensen zijn niet alleen spullen kwijt, ze missen ook hun kinderen, ouders, broers en zussen. "Ze zijn in shock", zo zegt Tolsma. "Ze zitten met glazige ogen voor zich uit te staren, ernstig getraumatiseerd."

Vanuit de hulporganisatie Hapin kon Tolsma direct acht miljoen roepia doneren, zo'n 5000 euro. Ondertussen is er al veel meer geld ingezameld. Voor de noodhulp heeft Hapin contact gezocht met de kerk. Kerken spelen een belangrijke rol in Papoea. Tolsma: "De mensen die nu getroffen zijn, komen voor een groot deel uit de bergen. Ze zijn naar de kust gekomen om een betere toekomst op te bouwen. Ze horen ook bijna allemaal bij een bepaalde kerk."

Tolsma hoopt dat er meer aandacht komt voor de ramp, zodat er ook meer geld ingezameld wordt om de mensen daar te helpen. "De Papoea's zelf willen ook graag dat hun situatie bekender wordt. Niet alleen zijn ze zwaar getroffen door een natuurramp. Ze willen graag dat het alom bekend wordt dat ze onderdrukt en gediscrimineerd worden en dat ze te maken hebben met veel geweld."