Bewoners strijden tegen uitsterfbeleid woonwagenkampen

Als het beleid voor woonwagenkampen niet rigoureus verandert, gaan we terug naar de situatie van de jaren 50: rondreizende zigeuners. Dat zegt Doet Kallenkoot. Hij is een oud-bewoner van het woonwagenkamp in Drachtstercompagnie en strijd al jarenlang met Travellers United Nederland tegen het uitsterfbeleid van de woonwagenplekken.
PETEAR FRYSLAN HJOED
Kallenkoot vindt dat de gemeenten zich niet houden aan de mensenrechten, als het gaat om het beleid rondom woonwagenkampen. Oude plekken worden opgeheven, er komen geen nieuwe bij en in verscheidene Friese kampen zijn er wachtlijsten van 20 jaar.

Elf jaar op de wachtlijst

Door deze wachtlijsten wordt er nu al weken actiegevoerd in Drachten. Een groep woonwagenbewoners heeft het voormalige kamp aan de Kromme Wijk bij Drachtstercompagnie bezet. De gemeente Smallingerland onderzoekt momenteel of er nieuwe plekken kunnen komen, maar het is nog steeds niet duidelijk wat de locatie wordt. Zelf staat Kallenkoot al 11 jaar op de wachtlijst voor een plekje in Drachten. Maar hij blijft sceptisch. "Ik ben al vijf jaar aan het praten met de gemeente van Drachten, maar het heeft mij nog niks opgeleverd."
Doet is in een gewoon huis gaan wonen, omdat hij voor zijn bedrijf meer ruimte nodig heeft. Maar hij heeft zich nooit echt thuis gevoeld. "Het beneemt mij m'n zuurstof. Het is een gevoel dat ik moeilijk kan uitleggen. Ik vergelijk het wel eens met opgroeien op een boerderij en vervolgens gedwongen worden om in Amsterdam op 14 hoog te gaan wonen."

Van de ene naar de andere plek

Het wonen en reizen in een woonwagen is ooit begonnen uit praktische redenen, door bijvoorbeeld handelsreizigers of landbouwknechten. Ze woonden waar er werk was. Wetten rondom deze levenswijze zijn in de afgelopen jaren veel veranderd. In 1968 kwam er een verbod op het rondreizen en werden mensen gedwongen om in grote kampen te wonen.
Zo werd ook het woonwagenkamp van de Drachtstercompagnie in de jaren '70 opgericht, waar Kallenkoot heeft gewoond. "Het voelde alsof wij ergens weggestopt werden, zodat we niet in het zicht waren. Alsof er moeilijkheden verwacht werden." Het kamp was met 37 plekken het grootste woonwagenkamp van Fryslân.
Naast Drachten werden er ook kampen geopend in Joure, Sneek, Leeuwarden, Oosterwolde en in Hemrik. Maar volgens Kallenkoot zorgen ze helemaal niet voor overlast. "We bewezen het tegendeel. De band tussen het dorp en het kamp werd steeds beter. Ze omarmden onze cultuur."
Wenweinplakken yn Fryslân

Uitsterfbeleid

Dit duurde tot de jaren '90. Toen werd geconcludeerd dat grote kampen niet goed werken en dat kleine kampen beter zijn. Daarom werden de woonwagens in verscheidene kleine plaatsen verspreid over Fryslân. De woonwagens vallen nu onder het beleid van de gemeenten en veel daarvan kiezen voor het zogenoemde uitsterfbeleid.
Er komen geen staanplaatsen bij en bestaande plekken worden opgeheven als ze vrijkomen. De bewoners worden daarom gedwongen om in een gewone woning te trekken en dat vinden ze discriminerend. Doet heeft dit samen met Travellers United Nederland in tientallen zaken aangegeven bij het College voor de Rechten van de Mens en die concludeerde dat het inderdaad discriminerend is wat de gemeenten doen.
Ook de Nationale Ombudsman heeft in 2017 diezelfde conclusie getrokken. "Maar de gemeenten blijven de hakken in het zand steken en lappen de regels aan hun laars", zegt Kallenkoot.
Jessica Gatsonides © Omrop Fryslân, Johanna Brinkman

Nieuwe generatie

Vooral voor de nieuwe generatie is het uitsterfbeleid een probleem. De 21-jarige Jessica Gatsonides is mantelzorger van haar oma en woont daarom bij haar in het woonwagenkamp in Leeuwarden. Dat was de enige oplossing waardoor ze nog op het kamp kon wonen. Voor Jessica's moeder is het al niet mogelijk om ook op het kamp te wonen, daarom woont ze een paar straten verder, buiten het kamp. "Waar moeten de jonge generaties wonen? Kinderen van nu kunnen niet op het kamp blijven."
Het kamp is in beheer van WoonFriesland en op basis van een puntensysteem worden plekken toegewezen. Door deze constructie moeten jongere generaties noodgedwongen in een huis wonen. Volgens de gemeente Leeuwarden is er op dit moment geen noodzaak om het aantal plekken uit te breiden.

Terug naar jaren 50

Kallenkoot denkt dat Nederland teruggaat naar de situatie zoals die was in de jaren 50: rondreizende zigeuners. Als de gemeenten niks veranderen. "Ik heb me nu zelf uitgeschreven van de wachtlijst en ga met mijn vrouw weer reizen. Ik denk dat anderen dit ook overwegen." Voor de bewoners die wel in Drachten blijven, komt misschien nu eindelijk een oplossing. Op 11 december is er een debat en wordt er een besluit genomen over de definitieve locatie.