Friese journalist wist als een van de eersten van 'Panama'

De Friese journalist Joop Bouma was een van de eersten in Nederland die wist dat de Panama Papers in aantocht waren. Als lid van de Amerikaanse organisatie van onderzoeksjournalisten ICIJ werd hij eind vorig jaar door die organisatie benaderd met de vraag of zijn krant ook belangstelling had voor de ruim 11 miljoen documenten.
Bij zijn krant, de Trouw, hebben ze toen de koppen bijelkaar gestoken, en besloten om het project op te pakken met behulp van de collega's van het Financieel Dagblad. Daar hebben ze meer kennis van geld.
Niks mocht uitlekken
Het was een ingewikkeld proces, zegt Bouma. Niks mocht uitlekken. "Je hebt te maken met journalisten uit 140 landen. Je moet dus heel goed op elkaar vertrouwen, want het mag niet uitlekken."
Maandenlang opgesloten
"Mijn collega's zijn er maandenlang mee bezig geweest," zegt Bouma, "ze hebben zich opgesloten in een hokje, in een kamertje op de krant, waarvan sommige collega's zich ook afvroegen wat ze daar eigenlijk deden, en wat er uit zou komen."
Leeuwarder Courant
Bouma werkte in de jaren 80 voor de Leeuwarder Courant, en nu is hij onderzoeksjournalist bij de Trouw. Voor die krant schreef hij eerder over de lobby van de tabaksindustrie bij het ministerie van Volksgezondheid.
Het houdt niet op
De Amerikaanse ICIJ zal uiteindelijk alle 11 miljoen documenten van de Panama Papers openbaar toegankelijk maken, zegt Bouma. De komende twee weken kunnen we er nog regelmatig publicaties over tegemoet zien. "Maar je moet bij dit soort projecten de lezer ook niet doodgooien met artikelen."