Stikstofminister: 300 boeren willen gebruikmaken van piekbelastersregeling

Driehonderd boeren hebben het ministerie van Landbouw laten weten dat ze graag gebruik willen maken van de piekbelastersregeling. Minister Christianne van der Wal van Natuur en Stikstof maakte dat donderdag bekend in de Tweede Kamer.
Piekbelasters, die veel stikstof uitstoten in de buurt van een kwetsbaar natuurgebied, kunnen gebruikmaken van een volgens de minister "woest aantrekkelijke" regeling. De regeling houdt in dat deze groep boeren tot 120 procent van hun bedrijfswaarde kunnen krijgen.
Andere veehouders kunnen tot 100 procent van de waarde van hun bedrijf krijgen.
In totaal hebben zo'n 39.000 boeren online bekeken voor welke regeling ze mogelijk in aanmerking komen. "Dat zegt niets over de stappen die ze gaan zetten. Bijna vijfhonderd van hen hebben aangegeven dat ze daadwerkelijk gebruik willen maken van een beëindigingsregeling."
De Tweede Kamer drong er donderdag bij de minister op aan dat ze naast de stopregeling ook snel met regelingen komt voor het verplaatsen en het verduurzamen van boerenbedrijven.
Wachten op groen licht
Van der Wal is naar eigen zeggen "keihard" met die regelingen bezig, maar heeft voor publicatie wel groen licht nodig van de Europese Commissie.
Verder vindt de minister dat de provincies "scherpere keuzes" moeten maken in hun programma's voor het landelijk gebied, waarin ze uitleggen hoe ze de stikstof-, klimaat- en waterdoelen gaan halen. De provincies hebben bij het Rijk plannen ingeleverd voor 58 miljard, terwijl er 24,3 miljard beschikbaar is.
Van der Wal vraagt de provincies daarom om met een 2.0-versie te komen, die wel in de begroting past. "Dat hebben we ook afgesproken: 1 juli een eerste versie en daarna samen stappen zetten om het verder uit te werken en vooral concretere keuzes te maken."
Meer geld komt er echt niet.
Voor goede voorstellen die op redelijk korte termijn winst opleveren op het gebied van klimaat, water en natuur komt er bovendien een aparte 'koplopersregeling', die apart wordt gefinancierd. Als voorbeeld van zo'n mogelijk koplopersproject noemt de minister het verhogen van het waterpeil in het veenweidegebied.
De provincie Fryslân heeft de kosten van het Fries Programma Landelijk Gebied (FPLG) begroot op 5,2 miljard. Ook die begroting is volgens de minister te hoog. "Meer geld komt er echt niet. We moeten daarom scherp kiezen en goed kijken naar de doelen en effectiviteit. Daarover ga ik met de provincies in gesprek."