Sinds het succes van Allbäck raakt sc Heerenveen het Zweedse virus niet meer kwijt

Amin Sarr, Simon Olsson, Rami Kaib, Alex Timossi, Rami Al Hajj en Hussein Ali hebben allemaal een bijdrage gehad bij de goede start van hun club. Heerenveen staat na zeven wedstrijden zesde in de eredivisie en maakt, met uitzondering van het ruimte verlies tegen Ajax (5-0), een solide indruk. Een week geleden werd FC Twente met 2-1 verslagen.

Hoe groot de inbreng van het sextet ook is, aan de status van Marcus Allbäck kunnen ze allemaal nog niet tippen. Hij was in 2001 de eerste Zweedse voetballer die naar sc Heerenveen kwam. Hij heeft goed twintig jaar later nog steeds een heldenstatus onder de fans.

Sinds zijn beste dagen heeft sc Heerenveen een onmiskenbaar Zweeds DNA. In de jaren erna kwamen er maar liefst 22 Zweedse voetballers naar het Abe Lenstra Stadion.

Terwijl hij maar anderhalf seizoen in het Abe Lenstra Stadion was te bewonderen, staan de acties van Allbäck nog veel mensen helder voor de geest. Zijn doelpunten tegen Ajax, zijn hattrick tegen Willem II en zijn fraaie techniek maakte hem populair bij het publiek.

Allbäck, tegenwoordig als zaakwaarnemer actief, heeft dan ook bijna alleen maar goede aandenkens aan sc Heerenveen. Zijn eerste indrukken waren echter niet al te positief.

"Het was december of januari en het regende. Het was zondag en alles was dicht. Ik zei tegen mijn vader, die ook mijn zaakwaarnemer was: 'Ik weet niet of ik hier wel naar toe moet'. Ik weet dat mijn vader zei: 'Ik denk dat het hier fantastisch wordt'. En dat kwam doordat de club echt liet zien dat ze voor me zouden zorgen. En mijn vader had zo gelijk."

"Na anderhalf jaar ging ik naar Aston Villa, maar het was de beste anderhalf jaar in mijn carrière. De eerste indruk is niet altijd de beste."

Maar niet elke Zweedse voetballer die in Heerenveen neerstreek, was een voltreffer. Een enkeling kwam zelfs helemaal niet in actie voor het eerste elftal.

Wie weet bijvoorbeeld nog wie Tom Siwe is? Hij kwam als talent van 17 jaar in 2007 naar Heerenveen, maar uitgezonderd een paar wedstrijden met Jong sc Heerenveen in het bekertoernooi, bewoog hij zich anoniem door het Abe Lenstra Stadion. Na drie jaar ging Siwe terug naar Zweden, waar hij tot 2021 met Ljungskile SK uitkwam op het tweede niveau.

Of neem Samuel Armenteros en Viktor Noring. Zij kwamen in Heerenveen niet verder dan een plek op de reserveback en wisten pas op een andere plek een bestaan als profvoetballer op te bouwen. Armenteros heeft intussen als speler van Heracles, Feyenoord en Willem II 186 wedstrijden en 56 goals op zijn cv staan, terwijl Noring na veel omzwervingen komend seizoen onder de lat staat bij het Deense Aarhus.

Ook al vindt niet elke Scandinaviër het geluk in Friesland, toch is Heerenveen volgens Allbäck de ideale club voor jonge voetballers om zich verder te ontwikkelen.

"Ik weet dat Heerenveen de laatste twintig jaar veel in Zweden rondkijkt naar talenten en goede spelers. Ze zoeken ze op en verkopen ze ook weer. Dus het is ook goed zaken doen. Dus de combinatie tussen goed zaken doen en goede spelers die altijd goed hun best doen, is goed voor de club. Ze weten wat ze krijgen."

Ook de wijze van spelen is anders in Nederland. Maar het is een wijze van spelen die de Zweden wel licht, denkt Allbäck. "Er wordt gespeeld met een hoger tempo en het is meer aanvallend ingesteld. Dus ze moeten zich aan te passen. Maar ik denk en hoop dat ze dat wel lukt."

En om je aan te passen, heeft Allbäck nog wel een tip voor de Zweedse spelers van Heerenveen. "Ik weet nog dat Foppe de Haan zei: 'probeer de Zweedse taal te leren'. Dus dat wil ik de Zweedse jongens echt adviseren. En het is ook respectvol, want je bent te gast in jullie land."