Grotere kaalslag openbaar vervoer dreigt: "Maakt dorpen minder aantrekkelijk"

Habtamu de Hoop (PvdA) © ANP
Er is maar één oplossing om het openbaar vervoer op peil te houden op het platteland: het Rijk moet er meer geld in steken. Dat zegt Habtamu de Hoop, Tweede Kamerlid voor de PvdA.
De inwoner van Wommels maakt zich grote zorgen over het openbaar vervoer in Fryslân. Vervoersbedrijf Arriva voert volgend jaar 9 procent minder ritten uit en De Hoop houdt er rekening mee dat er nog veel meer busritten vervallen.
Het openbaar vervoer in Nederland heeft het zwaar, omdat na de coronacrisis minder mensen de trein of bus pakken dan daarvoor. Met minder inkomsten kunnen de vervoersbedrijven financieel niet rondkomen en daarmee ook de dienstregeling niet overeind houden.

Grotere kaalslag dreigt

Op dit moment krijgen de bedrijven nog coronasteun van het Rijk, maar die loopt dit jaar af. Een nog grotere kaalslag in het openbaar vervoer dreigt.
Om de problemen in het openbaar vervoer in heel Nederland in kaart te brengen, hield De Hoop donderdag een goed bezochte hoorzitting in de Tweede Kamer over de achteruitgang van het openbaar vervoer.
Het zorgt ervoor dat er minder kinderen in de dorpen blijven.
Habtamu de Hoop over de verschraling van het openbaar vervoer
"Er zit een grote verschraling aan te komen en daar maak ik me zorgen over", zei de Fries. "Juist voor de leefbaarheid van het platteland is het heel belangrijk dat er openbaar vervoer is. Daarmee krijgen mensen toegang tot school, werk en het ziekenhuis."
Als de verschraling doorzet, heeft dat volgens De Hoop grote gevolgen. "Het maakt de dorpen minder aantrekkelijk. Het zorgt ervoor dat er minder kinderen in de dorpen blijven."
Volgens De Hoop is er maar een oplossing voor het probleem: het Rijk moet bereid zijn om meer te investeren in het openbaar vervoer, ook op het platteland.

Staatssecretaris: meer geld niet per se effectief

Maar volgens staatssecretaris Vivianne Heijnen (Infrastructuur) is dat "geen vanzelfsprekendheid". Ze wil er wel naar kijken, "maar ik kan elke euro maar één keer uitgeven en het gaat niet om kleine bedragen".
Dit jaar gaat het om zo'n 140 miljoen euro, volgens een schatting van afgelopen april. Vorig jaar ging het om 1,4 miljard euro.
Geld naar de sector sturen is volgens Heijnen niet per se effectief. Ze wil vooral gerichter kijken hoe ze ervoor kan zorgen dat reizigers weer meer gebruik gaan maken van het openbaar vervoer.

Vicieuze cirkel

De ANWB zegt dat mensen het openbaar vervoer minder gebruiken, juist omdat het steeds verder wordt uitgekleed.
"Daardoor is de auto zo ongeveer het enige alternatief voor de wat langere afstanden", zegt Arnoud Broekhuis van ANWB Verkeersinformatie vrijdag tegen De Telegraaf.
In het debat van donderdag kon Heijnen nog geen duidelijkheid verzorgen aan de vervoersbedrijven. Ze moet eerst nog "een paar stapjes" zetten.