Kinderen in noodopvang WTC lijden onder situatie: "Gevoel dat ik in een gevangenis zit"

Kinderen in noodopvang WTC lijden onder situatie
Verschillende kinderen die in de noodopvang in het WTC in Leeuwarden wonen, zeggen te lijden onder de situatie. Hoewel de opvang bedoeld is voor een paar weken, wonen sommigen er een halfjaar. "Het voelt als een gevangenis."
In de noodopvang wonen zo'n 600 mensen, waaronder ruim honderd kinderen. De omstandigheden zijn slecht. Zo is er veel geluidsoverlast, is er niet veel privacy en moet de grote groep mensen een klein aantal douchen en toiletten delen.
Veel vluchtelingen vinden het moeilijk om deze problemen aan te kaarten, omdat ze vooral veel dankbaarheid voelen dat ze in Nederland opgevangen worden. Toch zorgen de schrijnende omstandigheden ervoor dat mensen hun verhaal doen. Onlangs is er bijvoorbeeld een handtekeningenactie opgezet.

Slecht slapen en weinig spelen

Voor de kinderen is de situatie om verschillende redenen extra zwaar. Door de geluidsoverlast kunnen ze zich slecht concentreren op bijvoorbeeld hun huiswerk. En er is ontzettend weinig te doen voor kinderen.
We hebben geen dak, we hebben geen deur en in plaats van muren hebben we houten panelen
Mosaab (10)
"Er is geen plek waar we rustig kunnen spelen. Ik heb het gevoel dat ik in een gevangenis zit, waar je naar binnen en naar buiten kunt. We hebben geen dak, we hebben geen deur en in plaats van muren hebben we houten panelen", zegt de tienjarige Mosaab.
Ook kampen veel van hen met een slaaptekort. In de hal is geen daglicht, daardoor wordt de opvang kunstmatig verlicht. De lampen gaan op vaste tijden aan en uit, ruim na bedtijd voor de kinderen.

Halfjaar in het WTC

"Ik heb last van pratende mensen, de mensen blijven tot laat op, luisteren naar muziek en maken lawaai. En 's ochtends om 7 uur moet ik me klaarmaken voor school", zegt de 11-jarige Hussam.
"En er zijn mensen die kaarten en als ze verliezen beginnen ze te schreeuwen", vult zijn broer Mosaab aan.
© NOS
De broers zijn aan het einde van vorig jaar samen met hun vader in deze noodopvang in Leeuwarden terechtgekomen. Ze dachten er een paar weken te blijven, maar wonen er inmiddels een halfjaar.
Ze missen hun familie, onder wie hun moeder en broer en zus die nog achtergebleven zijn. Ze kunnen niets anders doen dan wachten tot er iets over hen besloten wordt. En niemand weet hoe lang dat nog duurt.
"Ik hoop dat wij een huis kunnen krijgen en niet meer gescheiden van elkaar hoeven te leven. Ik vind het leuk om hier te wonen, omdat ik de Nederlanders aardig vind. En ik vind de natuur heel mooi, het is hier erg groen", zo zegt de oudste broer.

Noodkreet VluchtelingenWerk en UNICEF

Verschillende organisaties hebben al aan de bel getrokken, waaronder VluchtelingenWerk en afgelopen week UNICEF.
Volgens UNICEF moeten kinderen zo snel mogelijk verhuizen naar een kleinere opvang, 'waar wel ruimte is om gewoon kind te zijn'. De grootschalige opvang heeft volgens de organisatie een negatief effect op de ontwikkeling van kinderen.
VluchtelingenWerk zei eerder dat mensen wanhopig worden in de noodopvang. "Slapeloze nachten, verveling en een totaal gebrek aan privacy en perspectief maakt bewoners wanhopig. De rek is eruit."
Volgens de organisatie moeten er geen locaties als het WTC meer gebruikt worden.

Wethouder erkent probleem

Wethouder Bert Wassink erkent dat het niet goed gaat met de noodopvang van vluchtelingen in Leeuwarden: "We doen het met z'n allen niet goed". Maar voor een oplossing wijst hij naar het Rijk en het COA.