Zware tijden voor vrijwilligers van Fûgelhelling; veel vogelgriepslachtoffers

Nog elke dag worden zieke vogels binnengebracht. De dierenambulance brengt ze in bakken, geeft aan dat ze er zijn en vrijwilligers van de Fûgelhelling ontfermen zich er dan over.

"We hebben brandganzen binnengekregen dit weekend. Wat opvallend was dat ze uit Beetsterzwaag kwamen. Verder roofvogels." Voor Hetty Sinnema van de vogelopvang is het een lijstje dat ze makkelijk kan opdreunen. Met een klein groepje werken ze hard aan de goede verzorging van de slachtoffers, maar meestal is direct al duidelijk dat ze het niet redden.

"Je kunt in sommige gevallen direct zien dat ze griep hebben. Aan de kop dan vooral. Als ze die ronddraaiden of scheefhouden. Dan weet je dat het mis is", zegt vrijwilliger Marja Rodermond.

Het werk dat ze nu moet doen, is niet gemakkelijk. "Hier bij de poort doen we een triage. We willen ten alle tijde voorkomen dat we de vogelgriep binnenhalen en dan gezonde dieren besmetten."

Dat betekent dat ze soms direct al de keuze moet maken een dier af te maken. "Wij zeggen dan maar dat dat het beste is voor het dier. Dat is niet het leukste werk. Wij willen dieren gezond maken."

Juist dat lukt bijna niet met slachtoffers van de vogelgriep. "Soms is er wel een buizerd waarvan wij vermoeden dat die ziek was en beter wordt. Dat zijn de uitzonderingen. Er is geen behandeling tegen dus moet de vogel het zelf doen."

Het steeds bezig zijn met de vogelgriep en dode vogels eist veel van de vrijwilligers. "Hier zijn we geen opvang voor begonnen. Hier zijn we niet voor aan het werk", zegt Hetty Sinnema. "Dit geeft mentaal echt een dreun."

Toch zijn ook hier lichtpuntjes: "Er is een jonge haas binnengebracht. Mijn hart maakt dan een huppeltje, want dan zijn we niet bezorgd of het dier vogelgriep krijgt. Dan gaat het om een nieuw jong leven waar we iets voor kunnen doen."