Bouwbedrijf Van Wijnen wil door met nieuw Cambuurstadion; Friese Poort verbaasd

Bouwbedrijf Van Wijnen zet door met de ontwikkeling van een nieuw Cambuurstadion. Dat meldt de Leeuwarder Courant maandag. Eerder zei het bedrijf dat ze de zogenaamde businesscase van het nieuwe stadion wilden bekijken, nadat ontwikkelaar Wyckerveste zich terugtrok uit het bouwproject. Uit dat onderzoek komt nu naar voren dat Van Wijnen denkt dat het nieuwe stadion er kan komen. Bij Friese Poort, één van de grootste huurders in het nieuwe stadion, zijn ze verbaasd over het bericht.
Sa moat it nije stadion derút sjen © Bureau voor Widdershoven architectuur en architecten BV
Van Wijnen werd door ontwikkelaar Wyckerveste bij het project gehaald als bouwer van het stadion. Nu wil het bedrijf dus zelf de rol van ontwikkelaar op zich nemen.
Cambuurdirecteur Gerald van den Belt laat weten blij te zijn met het nieuws. "Ik heb de afgelopen tijd bij de overleggen gezeten. Wij zijn bij Cambuur blij met de conclusies van Van Wijnen. Het is nu even afwachten wat de vervolgstappen zijn."

Friese Poort is verbaasd

Friese Poort is verbaasd over de berichtgeving in de krant, zegt Remco Meijerink. "Wij zijn er nog niet uit met Van Wijnen. Wel hebben we afgelopen tijd een aantal maal met elkaar gesproken. Daarbij is er nog geen concreet voorstel geweest dat de revue is gepasseerd. Ik heb in die gesprekken ook niks gehoord waarvan ik zeg, hier moet uit te komen zijn. Het bericht in de krant is hoopvol, maar die hoop baseer ik niet op de gesprekken die wij hebben gevoerd."
De school blijft in gesprek met het bouwbedrijf. "We hebben afgesproken dat we tot 1 maart de tijd nemen om er samen uit te komen. Maar we zijn nog niet heel dicht bij een akkoord."
Of er een rol voor bouwbedrijf Dijkstra Draisma is in het project, is nog niet duidelijk. De hoofdsponsor van Cambuur laat namens Dirk Jan de Rouwe weten dat er wat hen betreft niets is veranderd. "Wij hebben geen contact gehad met Van Wijnen, dus in die zin is er voor ons niks veranderd."
Verslaggever Arjen Bosselaar over de ontwikkelingen