Twee extra 'Kamers met Kansen' om dakloosheid te voorkomen

De dakloosheidproblematiek moet dit jaar aangepakt worden in Fryslân. Er is 3,5 miljoen euro beschikbaar om dakloosheid te voorkomen, maar ook de opvang en begeleiding beter te maken. Zowat een derde van het geld gaat na de aanpak van dakloosheid onder jongeren, een steeds groter wordend probleem. Een van de projecten die in dat kader meer geld krijgt is 'Kamers met Kansen', van opvangorganisatie Zienn.
Johan bewennet ien fan de Kamers met Kansen
"Ik wist dat als ik langer zou blijven, het verkeerd zou gaan. Ik heb net op tijd gehandeld, want twee weken later was er weer een uitbarsting." Johan Feddema is 23 jaar oud en woont in een van de kamers van het project Kamers met Kansen. In 2019 raakte hij in een situatie waarbij hij zich niet veilig voelde in zijn eigen huis.
De details van die tijd wil Johan verder niet kwijt. Wel zegt hij dat zijn eerdere woonsituatie een keerpunt was. Hij kon, en wilde, niet meer zo wonen en daarom heeft hij Kamers met Kansen benaderd. "Als dit niet mogelijk was, had ik niet meer geweten waar ik naar toe kon. Ik wilde alles weer op de rit krijgen en een houvast hebben. Dat had ik niet meer. Dit was voor mij de enige uitweg."

Jongeren naar school

Landelijk is er 200 miljoen euro beschikbaar voor de aanpak van dakloosheid. Aanleiding is de groei van het aantal daklozen in Nederland. Om voor een bijdrage in aanmerking te komen, konden centrumgemeenten een plan indienen. Het project Kamers met Kansen bestaat sinds 2011 en heeft op dit moment 25 plaatsen over heel Fryslân waar jongeren terecht kunnen.
De jongeren komen uit instabiele thuissituaties, dreigen dakloos te worden of zijn dat al. Een voorwaarde om voor een kamer in aanmerking te komen, is dat de persoon wel naar school moet gaan. Want het doel van Kamers met Kansen is dat jongeren een ruimte hebben tot ze een diploma halen. Daarna moeten ze zelfstandig kunnen wonen.
Johan sit no yn it lêste jier fan syn mbû-oplieding. Hy wennet sa'n oardel jier op syn keamer oan it Zuidvliet yn Ljouwert. De studio is sa'n tritich fjouwerkante meter, dy't hielendal fan himsels is. It joech him rêst om einlik in plakje foar himsels te hawwen, mar dat betsjut net dat syn problemen foarby binne. Johan hie eangst.
Johan zit nu in het laatste jaar van zijn mbo-opleiding. Hij woont zo'n anderhalf jaar op zijn kamer aan het Zuidvliet in Leeuwarden. De studio is zo'n dertig vierkante meter, die helemaal van hem is. Het gaf hem rust om eindelijk een plaatsje voor zichzelf te hebben, maar dat betekent niet dat zijn problemen voorbij zijn. Johan had angst. "Ik vond het in de eerste maanden moeilijk om helemaal alleen te zijn", vertelt hij. Hij moet nog veel denken aan wat hij meegemaakt heeft. Maar, zo zegt hij zelf ook, het gaat steeds beter. "Door praten, en soms ook dingen gewoon te doen, lukt het me steeds beter om mezelf te ontwikkelen."

Contact met maatje

Om de jongeren binnen het project door een lastige periode te helpen, worden ze gekoppeld aan vrijwilligers. In het geval van Johan gaat dat om Aafke Bootma. Ze is nu twee jaar als vrijwilliger bij het project betrokken. In het dagelijks leven werkt ze als loopbaanbegeleider bij het Friesland College. "Ik zie op mijn werk dat kinderen soms wegglijden", vertelt ze. "Ze kunnen zich niet altijd richten op school en het halen van een diploma door wat er thuis speelt."
Bootsma is daarom zeer gemotiveerd om jongeren een basis te geven waarmee ze verder kunnen. "Zo kan ik ze verder helpen dan soms gebeurt op school. Daar houdt het traject om vijf uur in de middag vaak op."
© Arjen Bosselaar, Omrop Fryslân
Aafke helpt Johan met verschillende zaken. Hoe hij bijvoorbeeld moet koken, of hij hij zijn kamer schoonhoudt. Maar soms gaat het veel verder, en hebben ze lange gesprekken over de problemen in het leven van Johan. Die gesprekken kunnen overal over gaan. "Ik kom soms al pratende achter dingen waar hij alleen met omloopt", geeft Aafke aan. Dat komt omdat Johan vanuit huis meekreeg dat hij zelf alles moet oplossen. "Hij zegt het niet snel, als hem iets dwars zit. Maar daar probeer ik dan doorheen te prikken", vertelt Aafke. "En dan helpt het dat ik meer een maatje ben dan hulpverlener."

Nieuw hoofdstuk

Het is nu bijna anderhalf jaar nadat Johan verhuisd is en hij Aafke ontmoette. Het gaat een stuk beter met hem. Hij kan zich focussen op wat hij belangrijk vindt. Voor de komende maanden is dat zijn eindstage op school, bij CEW in Leeuwarden, een centrum voor onderzoek naar watertechnologie.
Johan heeft veel aan Aafke te danken, zegt hij. "Ze wijst me op dingen waarin ik me kan verbeteren. Ik kan het met haar ook heel makkelijk over bepaalde dingen hebben." De kamer op het Zuidvliet, en het contact met Aafke, hebben Johan dan ook rust gebracht, zegt hij. Hij kan weer vooruit kijken. "Ik ben met een nieuw hoofdstuk in mijn leven begonnen."