Veenstra ziet nog geen kans op structurele verbetering voor gemeenten

Voorzitter Fred Veenstra van de Vereniging van Friese Gemeenten is kritisch op de kabinetsplannen die bekend zijn geworden. "Wat mij opviel is dat het woord gemeente slechts één keer viel in de Troonrede. Dat is beperkt. Er is enkel gesproken over 800 miljoen euro voor gemeenten. Dat was al bekend en is bedoeld voor het dekken van extra kosten van de coronamaatregelen. Mooi dat dit bedrag is genoemd, maar het biedt geen perspectief op een structurele verbetering voor gemeenten."
© De Fryske Marren
Begrip heeft Veenstra ook wel. "We moeten rekening houden met zware economische omstandigheden, het Rijk heeft natuurlijk ook een begrotingstekort." Maar toch, volgens Veenstra zou er geld bij moeten voor gemeenten. "Gemeenten krijgen het moeilijk. Als je kijkt naar de jaarrekeningen van gemeenten. In 2018 hadden alle gemeenten bijeen 197 miljoen tekort, in 2019 was dat al opgelopen tot 768 miljoen. Dus het gaat niet de goede kant op. We moeten er bij het Rijk steeds weer op terugkomen. Er moet meer geld in het Gemeentefonds, want anders komt het niet goed met de begrotingen van de gemeenten. Ook in Fryslân niet."

Jeugdzorg: structureel geld nodig

Er gaat 300 miljoen euro naar de jeugdzorg, dat is een landelijk bedrag dat voor 2022 beschikbaar komt. Dat klinkt als een flink bedrag, maar volgens Veenstra valt dat tegen. "De gemeenten hebben veel extra kosten voor de jeugdzorg sinds we dat na 2015 allemaal zelf moeten doen. Gelukkig heeft het Rijk voor de jaren 2019-2020-2021 extra geld beschikbaar gesteld. Nu komt dat ook voor 2022, maar wij wachten op structurele middelen om ervoor te zorgen dat we het ook op de lange termijn goed kunnen doen. Wat na 2022 moet gebeuren, staat nog open. Er moet een onderzoek komen, er komt natuurlijk een nieuw kabinet waar we als gemeenten mee moeten onderhandelen. Dit is een mooie eerste stap, maar het moet wel structureel worden."
Fred Veenstra van de Vereniging van Friese Gemeenten
© Gemeente Opsterlân
Burgemeester Ellen van Selm, voorzitter van plattelandsgemeenten in de P10, is over het algemeen wel blij met de Troonrede. "Ik ben natuurlijk gespitst op het platteland, gemeenten en de regio. Maar eigenlijk vond ik het een hele verbindende Troonrede. Ik was blij dat de Koning aandacht gaf aan de jeugd, dat vind ik te prijzen. Maar de dag voor Prinsjesdag hebben wij als 22 grote plattelandsgemeenten, met nog eens 60 aangesloten gemeenten, met het kabinet gesproken."
Toch is zij het ook met Veenstra eens dat er structureel te weinig geld voor gemeenten is. "Wij doen een beroep op het kabinet om daar oog voor te hebben en er structureel geld bij te doen. In deze Miljoenennota zitten een aantal structurele middelen waar ook het platteland ook beter van kan worden. Bijvoorbeeld de bestrijding van ondermijnende criminaliteit, maar ook het onderwijs. Dat zijn goede tekenen."

"Gemeentefonds moet groter"

Maar kanttekeningen zijn er ook. "Wat er aan zit te komen is een soort herschikking van het Gemeentefonds, dus het geld uit Den Haag gaan we anders verdelen. Het oude model klopte niet. Maar nu lijkt het er op dat er meer geld naar de steden gaat en minder naar het platteland. Daarom heb ik ook aan de bel getrokken, want dat moet natuurlijk niet zo zijn. Het hele Gemeentefonds moet groter. Het moet niet lijken alsof wij op het gemeentehuis geld nodig hebben. We vragen het omdat de mensen die zorg nodig hebben bij ons aan het loket staan. Dus het gaat om de inwoners. Dus we moeten ervoor zorgen dat we de taken uit kunnen voeren. Er zijn wel maatregelen, maar het structurele probleem
Burgemeester Ellen van Selm, voorzitter van de P10