De oorlog in Friese foto's: "Ver van allen, waarvan ik heb gehouden"

In de tijd van de bezetting zijn in Fryslân ruim 23.000 mensen ondergedoken. Waarschijnlijk zitten daar zo'n 3.000 Joodse mensen tussen. De bezetter sluit de Joodse gemeenschap steeds meer uit. Feit is dat winkels gesloten worden, huizen leeg komen en families worden vermoord. Elke zaterdag en zondag tussen 7 maart en 5 april zijn er bij Omrop Fryslân beeldverhalen te lezen over de Tweede Wereldoorlog, in het kader van het project De Tweede Wereldoorlog in 100 foto's.
Het gezin van de Joodse slager Gerson de Wilde in Leeuwarden © Historisch Centrum Leeuwarden
Gemoedelijk poseert slager Gerson de Wilde in 1940 voor de foto, met zijn vrouw Schoontje Dwinger en hun zes kinderen Aaltje, Barend, Eva, Gretha, Roosje en Jacob. De Wilde staat bekend als een vriendelijke man. Vanaf 1917 zit hij in een pand achter de Grote Kerk en in 1923 laat hij een nieuwe winkel bouwen op de hoek van de Breedstraat en Bij de Put.

De slagerij bleef, de mensen niet

De winkel trekt veel klanten en De Wilde adverteert in de dag- en weekbladen in de hoofdstad. Maar na mei 1940 neemt het aantal advertenties af. De oorlog heeft z'n weerslag op de zaak. In 1942 moet De Wilde zijn slagerij sluiten. De inboedel wordt in beslag genomen. De leden van het gezin die nog boven de winkel wonen, moeten in november 1942 op transport naar Westerbork en Auschwitz. De complete inventaris van de winkel en de bovenwoning bleef bewaard. Maar alle acht mensen op de foto hebben de oorlog niet overleefd.
Dwangarbeiders en krijgsgevangenen in Wesermünde © Tresoar (Fries Fotoarchief)
Ze kunnen er nog om lachen, maar het is bittere ernst. Deze groep Nederlanders is in 1945 op de foto gezet in Wesermünde (nu Bremerhaven) in het noorden van Duitsland. Onder de mannen ook een paar Friezen. Ze zijn dwangarbeiders en krijgsgevangenen die in de mijnbouw moeten werken. Ze houden een bord vast met de tekst: 'Ver van allen waarvan ik heb gehouden'. Staand Johannes van der Heide, Johannes Faber en Piet Postma en volledig rechts Nico Halma.
Louis Sanders en Froukje Polak in Sloten © Historisch Centrum Leeuwarden
Voor het eerst in drie jaar lopen Louis Sanders en zijn vrouw Froukje Polak weer vrij over straat, naast de stadsgracht in Sloten. Het echtpaar had een kunsthandel aan de Leeuwarder Sint Jacobsstraat. In 1937 nam Louis de winkel over van zijn ouders, maar op 5 november 1941 moet de winkel dicht van de Duitse bezetter. Louis en Froukje besluiten onder te duiken.

Schuilnamen

In het trouwboekje dat het stel bij zich heeft, staan de namen Zandstra en Van der Pol. Het zijn schuilnamen. In de oorlogstijd verhuizen ze 19 keer van onderduikadres. als de oorlog eindigt, bivakkeren ze in Sloten. Na de bevrijding openen ze hun winkel opnieuw. De zaak is bekend in de provincie en bestaat nog tot 1967.
Café Benthem, met in het ruit een bord: "Voor Joden verboden" © Pers- en Propagandadienst der PTT (Historisch Centrum Leeuwarden)

'Voor Joden verboden'

Op deze foto van het café is het bijna niet te zien. Maar op het linkerraam hangt een wit bordje met: 'Voor Joden verboden'. Café Bentheim stond aan de Voorstreek in Leeuwarden. De eigenaar heeft in april 1941 niet veel in te brengen tegen de plaatsing van het bord. In Fryslân zijn er maar twee horecaondernemers die het aandurven om zo'n bord niet op te hangen. Het laat zien hoe de Joodse gemeenschap werd uitgesloten. Een voor een komen er verboden: voor zwembaden, bioscopen, musea, sportclubs, winkels, markten, verenigingen en parken.
Rosa Landau is ondergedoken in Koudum © Albums Gerhard Koopmans (Tresoar, Fries Fotoarchief)
Het Joodse onderduikertje Roza Landau houdt trots haar pop vast. Voor de wereld heet ze echter Coly Peypers. Zij is ondergedoken bij de familie De Vries in Koudum. Dat wordt in 1944 te gevaarlijk, omdat de familie De Vries veel verzetswerk doet. Daarom verhuist Rosa naar Woudsend. Ze overleeft de oorlog, maar keert later de provincie de rug toe: ze vestigt zich in Zuid-Afrika.
Frits en Helen Sophie Reindorp © Fries Verzetsmuseum

Foto voor later

In het najaar van 1942 moet de Joodse familie Reindorp zich melden voor vertrek naar Westerbork. Vader Herman, grootmoeder Sophie Köster-Neter en kinderen Frits en Hellen Sophie wonen op Lijsterstraat 82 in Leeuwarden. hun bezittingen blijven achter. Voordat de spullen definitief uit de woning worden gesleept, halen de buren van de familie Reindorp stiekem nog een foto van de twee kinderen uit het pand vandaan. Zij hopen dat ze de foto na de bezettingstijd terug kunnen geven aan de kinderen.
De foto is echter het enige wat van hen overbleef. De kinderen Frits en Hellen Sophie sterven op 2 november 1942 met hun moeder in Auschwitz. Hun grootmoeder komt drie dagen letter om en vader Herman in maart 1943.
Omdat Nederland dit jaar 75 jaar is bevrijd, heeft het NIOD (Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies) een project opgezet: De Tweede Wereldoorlog in 100 foto's. Dat wordt gedaan in opdracht van Platform WO2 en is mede mogelijk gemaakt door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het vfonds. Iedere provincie heeft oorlogsfoto's aangeleverd waar iedereen op kon stemmen. Op 15 januari zijn de foto's uit Fryslân gepresenteerd, beelden die de oorlog zichtbaar en invoelbaar maken. Een burgerforum kiest uiteindelijk de 100 foto's die overblijven voor een nationale tentoonstelling, die worden op 30 maart bekendgemaakt.
De selectie Friese oorlogsfoto's komt voorbij in deze verhalenreeks en is gekozen door Tresoar, Fries Verzetsmuseum, Historisch Centrum Leeuwarden, Provinsje Fryslân, Leeuwarder Courant en Omrop Fryslân. De Friese foto's zijn tussen 11 april en 16 september te zien in het Fries Verzetsmuseum in Leeuwarden in de tentoonstelling Oog in oog met de oorlog.