Vooruitkijken op rechtszaak A7-blokkade: hoe komt het Openbaar Ministerie van aanklacht tot eis?
De 34 mensen, die vorig jaar de A7 bij Joure blokkeerden voor anti-Zwarte Piet-demonstranten, komen maandag voor de rechter. Door de snelweg te blokkeren, hebben de verdachten voor een gevaarlijke situatie gezorgd. Daarom zijn er 34 verdachten aangeklaagd voor drie zaken: het dichtzetten van de openbare weg, dwang en het belemmeren van de demonstratie. Daarnaast is er een verdachte aangeklaagd voor opruiing. Sierd Eijzenga, persofficier van het Openbaar Ministerie, legt uit hoe ze van een aanklacht tot een eis komen.
Fryslan Hjoed petear mei Sierd Eijzenga
"Dit is een atypische zaak. Daarom willen wij als Openbaar Ministerie de kans krijgen om onze kant van de zaak te belichten", zegt Eijzenga. "De publieke opinie lijkt te zijn dat de blokkade een ludieke actie was. Dat roept bij sommigen de vraag op waarom het Openbaar Ministerie daar mensen voor wil vervolgen. Maar wij willen benadrukken dat hier strafbare feiten begaan zijn. Dáár vinden we wat van en niet van de Zwarte Piet-discussie. Deze rechtszaak staat volledig los van de discussie."
De straffen
Eijzenga: "Ik kan een celstraf in deze zaak niet uitsluiten. Maar ik kan ook niet op de zaken vooruitlopen, omdat het OM de vrijheid moet hebben om z'n eigen keuze te maken. Meestal wordt er vooraf helemaal niet gekeken naar de maximale straf. Het is meer een plafond waar je niet boven kunt zitten. Daarom zit de eis er vaak ruim onder."
"Er zijn veel zaken die meespelen. De officier van justitie gaat bij het bepalen van de eisen bijvoorbeeld rekening houden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachten en de houding van de verdachten bij de zitting. Als de verdachten hun verantwoording nemen voor het strafbare feit, dan speelt dat ook mee in het vormen van de eis. Daarnaast kijken wij er ook naar als een verdachte veel negatieve media-aandacht heeft gekregen. Dat is ook al een soort straf, maar dat speelt in deze zaak niet."
Weromsjen op 18 novimber 2017
