Bestuur KNKB wil iedereen laten meedenken over veranderingen

Er moet iets veranderen in de kaatssport. Die moet aantrekkelijker worden, het ledenaantal moet groeien en er moet meer publiek bij de wedstrijden komen. Dat willen kaatsliefhebbers al langer en bestuurders willen dat zelf ook, blijkt uit het voorwoord in het blad Keats. Dirk Kuperus, hoofdbestuurslid van de KNKB, schrijft dat er iets moet gebeuren en dat de discussie gevoerd moet worden over de veranderingen.
© Henk Bootsma
"Het veranderen begint eigenlijk bij de verenigingen", zegt Kuperus. "Daarom heb ik in dat voorwoord een aantal stellingen neergelegd, waar de mensen over na mogen denken." Een van de punten die Kuperus aanstipt is het sjoemelen met de kaatswant. "Daar blijft altijd reuring over. We moeten zelf ook vaststellen dat de reglementen nog niet goed zijn vastgetimmerd. Dus we moeten onszelf ook goed de spiegel voorhouden."
Dirk Kuperus over de toekomst van het kaatsen
Een andere stelling van Kuperus gaat over de regel dat kaatsers nu alleen voor hun eigen afdeling uit mogen komen. Is dat nog van deze tijd, vraagt Kuperus zich af. "Daar mag iedereen even over nadenken. Ik kan me geen sport voorstellen waarin je moet uitkomen voor het dorp of de stad waarin je woont. Daar blijft het kaatsen achter en is het wel heel traditioneel. Als je dan in een plaats woont met maar een kaatser, kun je eigenlijk niet meedoen met de afdelingswedstrijden. Ik zou graag willen dat mensen daar over nadenken."
Over de toekomst van het kaatsen wordt al jaren gediscussieerd, maar het is een moeilijk proces. "Daarom moeten we het er in elk geval met de verenigingen over hebben", zegt Kuperus. "We moeten met voorbeelden komen dat verenigingen de noodzaak voelen om te veranderen. Het lijkt me een geweldige uitdaging om daar na dit seizoen met de verenigingen over te brainstormen. Ik wil ook dat de kaatsers en de toeschouwers er iets van vinden, iedereen moet er iets van vinden."