Buurtbemiddeling verleent al 25 jaar hulp bij burenruzies

Stichting Buurtbemiddeling bestaat 25 jaar en is heden ten dage actief in 11 Friese gemeenten. De bemiddeling bij burenruzies is gratis, maar wel succesvol: gemiddeld kunnen 7 van de 10 ruzies worden opgelost, zo blijkt. In coronatijd moest er landelijk vaker in actie worden gekomen, maar in Fryslân viel het mee.
© Shutterstock.com (Rainer Fuhrmann)
Norma Klarenbeek van KEaRN Buurtbemiddeling (sinds 2015 actief in Achtkarspelen en Tytsjerksteradiel) legt uit dat haar organisatie begeleiding aanbiedt om tot een oplossing te komen. "In principe doen de mensen het zelf. Wij werken met goed opgeleide vrijwilligers die met beide partijen in gesprek gaan. Die verhalen zijn altijd precies andersom. Daarna hopen we dat mensen met elkaar in gesprek willen om tot een oplossing te komen."
In de meeste gevallen is de aanleiding geluidsoverlast. "Het is altijd heel jammer dat het zo ver moet komen: dat men zelf niet meer in staat is om er gezamenlijk uit te komen. We hopen dat mensen zo snel mogelijk contact met ons opnemen. Soms is één gesprek al genoeg om mensen aan het denken te zetten", geeft Klarenbeek aan.

Coronacrisis

Volgens Klarenbeek zijn de lontjes in de coronacrisis wel wat korter geworden. "Ik denk dat er minder uitlaatkleppen waren en mensen veel thuis zaten, dat maakt het niet altijd gezelliger. Als jij net een digitale vergadering hebt en de buurman zet een breekhamer in de muur, dan helpt dat niet."

Friezen wat beschroomder

In het midden van het land was een toename in het aantal hulpverzoeken te zien, maar in Fryslân viel het volgens Klarenbeek heel erg mee. "In het midden van het land wonen ook meer mensen dicht op elkaar. En in Friesland vragen mensen misschien wat minder makkelijk hulp, al blijft dat een beetje koffiedik kijken. Mensen doppen liever hun eigen boontjes, als het echt niet lukt roepen ze pas hulp in. Terwijl wij zeggen: doe het alsjeblieft zo snel mogelijk."
Norma Klarenbeek van KEaRN Buurtbemiddeling
Buurtbemiddeling probeert buren een spiegel voor te houden. Als de partijen er écht niet uitkomen en het uit de hand loopt, dan kan er verdere hulpverlening worden gezocht. "Maar, mensen moeten dat wel zelf willen", zo besluit Klarenbeek.