"Het cultureel erfgoed op het Friese boerenerf moet niet verdwijnen"

Een week geleden is het boek Cultureel erfgoed op it Fryske boerehiem gepresenteerd, dat geschreven is door Rudolf Jan Wielinga en Wiebe Hoekstra. Beiden zijn bestuursleden van Boerderijenstichting Fryslân. Met het boek is er aandacht gevraagd voor de rijkdom van historische elementen bij Friese boerderijen. En dat is van belang, vertelt Hoekstra. Want in rap tempo verdwijnt er veel geschiedenis.
Wiebe Hoekstra en de familie Terpstra © Omrop Fryslân
Rudolf Jan Wielinga heeft in de loop van de jaren veel gegevens verzameld over het boerenerf in het verleden. Samen met historicus Wiebe Hoekstra was hij de afgelopen twee jaar regelmatig op pad om gegevens te documenteren en aan te vullen.
Boerderijenstichting Fryslân hoopt dat het boek eigenaren van boerderijen, het grote publiek en overheden inspireert. Volgens de stichting moet voorkomen worden dat de juwelen van het Friese platteland verdwijnen. Want door het moderniseren van de landbouw en de veranderende functies van boerderijen verandert vaak de inrichting van een erf. De stichting wil juist de historische elementen koesteren en bewaren voor de toekomst.

Onderhoud

Koetshuizen, theekoepels en stinsenpoorten, maar ook wc's en kippen- en varkenshokken: het maakt allemaal deel uit van het culturele erfgoed op het boerenerf. "Het kunnen waardevolle elementen zijn. Je kunt niet zeggen dat álles bewaard moet worden. Maar architectonisch zijn er veel mooie elementen, noem een stookhut. Een boerenerf wordt vandaag de dag anders gebruikt. En dan worden de oude dingen niet goed meer onderhouden," legt Wiebe Hoekstra uit.

Bijgebouwen vogelvrij

Volgens hem zal er toch wat meer moeten gebeuren dan het enkel aan bewoners zelf over te laten. "In rap tempo verdwijnt er een bult. Dat heeft ook te maken met achterstallig onderhoud van bijgebouwen. De boerderij zelf is vaak Rijksmonument en daardoor beschermd. Daar was vroeger ook subsidie voor. Maar een koetshuis staat niet op de Monumentenlijst. Die kleine monumenten zijn dus vogelvrij."

De Bolstienpleats

Aan de Dokkumerwei In Aalsum staat De Bolstienpleats van de familie Terpstra. Een oud gebouw dat op dit moment dienst doet als B&B. "Dit is eigenlijk een voorbeeldboerderij voor Fryslân, omdat al die oude elementen er nog zijn. De bewoners hebben ook de appelboomgaard opnieuw aangelegd met Friese hoogstammige bomen. Want een boerenerf is een organisch geheel, de beplanting en bebouwing grijpen op elkaar in," zegt Hoekstra.
"Ik ben er wel blij mee dat we er niets aan hebben gedaan," zegt de heer Terpstra. "Dat komt ook door de belangstelling van bijvoorbeeld de Boerderijenstichting. En als je ouder wordt krijg je er ook wat meer oog voor," vult zijn vrouw aan. Dat geldt ook voor het oude koetshuis. "Toen deze gerestaureerd was, hebben we er een soort museumpje van gemaakt. Maar was de Boerderijenstichting er niet geweest, dan was dit koetshuis afgebroken."

Esthetiek

Sommige elementen die nog aanwezig zijn bij boerderijen gaan terug op de tijd van terpen, kloosters en stinsen. Kloosters en adel hebben veel invloed gehad op de inrichting en beplanting van het boerenerf. In de 18e eeuw kwam er meer aandacht voor esthetiek: bij sommige boerenhuizen werden bijvoorbeeld grote, monumentale tuinen aangelegd.
Boerderijenstichting Fryslân heeft als doel om het boerderijenbestand in Fryslân te inventariseren, te documenten en erover te publiceren. De stichting bestaat dit jaar 35 jaar. Daarom is besloten dit boek uit te geven. De presentatie was op 10 oktober in het Fries Landbouwmuseum in Leeuwarden. Het eerste exemplaar is overhandigd aan commissaris van de Koning Arno Brok.
Verslaggever René Koster met Wiebe Hoekstra op bezoek bij de familie Terpstra in Aalsum
Het boek Cultureel erfgoed op it Fryske boerehiem © Omrop Fryslân, René Koster