De toan fan Anne-Meta Kobes: "Natuurlijk"

"Ik ga een verhaaltje vertellen, zei de buschauffeur. En het gaat over reeën. Er zijn reeën op Ameland. Ze komen hier zelfs van nature voor. Nu denk je misschien hoe zijn die hier gekomen? Nou, ze kunnen dus wadlopen.
Op de rit tussen de veerhaven en het vuurtorendorp vermaakte de buschauffeur de reizigers met trivia over het eiland. De verhaaltjes waren eigenlijk bedoeld voor de kinderen, zei hij. Maar iedereen zette de gesprekken stil en luisterde.
We leerden dat er ook op Terschelling reeën zijn. Maar, verklapte de chauffeur, dat daar zijn exoten. Ze zijn daar door de mens naar toe verscheept. Het staat mooi, zo'n ree in de duinen.
De toan fan Anne-Meta Kobes
Ik realiseerde me hoe ik de afgelopen jaren hier op Ameland anders tegen die duinen, het strand en de dieren aan was gaan kijken. Eerst fietste ik rond als een zich immer verbazende badgast: vol verrukking over plotseling opvliegende ganzen, over de vele kleuren van het wad en dat er zoveel afwisseling is op zo'n klein stukje droog land.
Met de tijd leerde ik de verhalen achter het landschap kennen. Verhalen die vertellen over het beheer van de natuur. Over dat als je alles z'n gang laat gaan er misschien geen stuifduinen over blijven en dat er dan diersoorten vertrekken.
Verhalen over vogels die in de weilanden een plek zoeken om te broeden. En dat sommige boeren op het eiland daarom pas laat hun eerste snee maaien. Al is er dan een kans dat ze inleveren op de kwaliteit van het gras voor het voer van hun vee.
Ik hoorde over grondbezitters die hun eigendom willen inzetten voor natuurbehoud en dat dat soms spanning oproept bij wie dat land liever bewerken wil.
Al die dieren. Al die mensen. Al dat land. Zij zijn natuurlijk, alle drie. Maar ik leerde dat voor een natuurlijk verloop soms heel wat overleg en plannenmakerij nodig is. Juist om te bewaken dat er voor alle partijen ruimte blijft bestaan. Deze week kozen we wie zich daar op zullen toeleggen. En ik wens hen heel veel succes.
Maar wat er niet is, hoef je ook niet te beheren. Dat scheelt een stuk. Onderhoud aan verkeerslichten kennen we op Ameland niet, bijvoorbeeld. En we hebben hier ook geen vossen, marters en mollen. Dat leerde ik van die buschauffeur.
Maar: op loopafstand van mijn huis bevindt zich wel het grootste roofdier van Nederland: de zeehond. Dus moeten we toch een beetje oppassen."