Inspectie bij Terschelling gezonken schip: dood door schuld?

Rechters uit Amsterdam hebben maandag in Stroobos een schip bekeken dat in 2010 ten noorden van Terschelling is vergaan. De drie bemanningsleden zijn bij de scheepsramp om het leven gekomen. De vader van een van hen heeft aangifte gedaan tegen Matthijs van der Ploeg van rederij De Rousant. De Onderzoeksraad voor Veiligheid oordeelde in 2012 dat de rederij wel iets te verwijten valt. Justitie deed ook onderzoek naar de zaak en kwam tot dezelfde conclusie. De zaak dient op 23, 24 en 25 oktober voor de rechtbank in Amsterdam. Dat meldt RTV Noord.
Het stormde op 13 december toen schelpenzuiger HA38 Frisia op de Noordzee richting Lauwersoog voer. Er stond een hoge deining met golven van anderhalf tot twee meter hoog. Er kwam water in het schip omdat het ruim in het voorschip niet goed was afgesloten. Daardoor kwam het schip steeds dieper te liggen.
De schipper vroeg aan de Brandaris om een waterpomp. Hij was bang dat het schip anders zou zinken. Even later viel de verbinding weg en kwam er meteen een reddingsoperatie op gang. Maar het schip was al omgeslagen en van de radar verdwenen.
De 46-jarige schipper Jan Tuin uit Leens werd gered. Een paar dagen later overleed hij aan zijn verwondingen. De 19-jarige Steven van der Broek uit Groningen werd twee maanden later gevonden. Op 17 december werd het op de kop liggende wrak van het schip naar de haven van Harlingen gesleept. Van der Broek bleek in het gangboord van het omgeslagen schip te liggen. Het lichaam van stuurman Jannes Lap uit Leens spoelde aan op Terschelling.
De vraag is of directeur Matthijs van der Ploeg van rederij De Rousant in Zoutkamp en zijn bedrijfsleider verantwoordelijk zijn voor de dood van de bemanning. Met de uitkomsten van de twee onderzoeksrapporten in de hand legt het Openbaar Ministerie hen 'dood door schuld' ten laste. Het onderzoek naar de zaak is erg complex en daarom dient de rechtszaak pas nu.