Slijk beschermt Friese kust

Slijk uit de haven van Harlingen moet de Friese kust beschermen. 300.000 kub slijk wordt de komende twee jaar gebruikt om de kwelder bij de Westhoek te laten groeien. Een bijzonder experiment van de gemeente Harlingen, it Fryske Gea en onderzoeksbedrijf Ecoshape.
Slijk
Het slijk dat zichzelf ophoopt in de vaargeul van de haven van Harlingen wordt al jaren in het Kimstergat geloosd. "Het is een wedstrijd wat eerder terug is in de haven: het baggerschip of het slijk." Volgens de gemeente valt dat wel wat mee. Toch wordt een deel van het slijk nu zo'n acht kilometer noordoostelijker geloosd. De komende twee jaar wordt onderzocht of of het dan langer duurt dat voor de haven weer volloopt met slijk, maar dat is niet de enige reden om het slijk verderop te dumpen.
Kwelder
Aan de andere kant van de dijk bij Westhoek ligt nu een stuk kwelder. Daar groeien bijzondere zoutwaterplanten, het is een rustplek voor waddenvogels en een kraamkamer voor vis. Maar op plekken waar het water vroeger van zee op een natuurlijke wijze overging in land, zijn nu dijken gebouwd. De kwelders staan dus wat onder druk. Het slijk uit de haven van Harlingen moet er voor zorgen dat de kwelder weer groeit.
Bescherming
Het is niet alleen goed voor de natuur, de kwelders bieden ook goede bescherming voor de mensen achter de dijk, want de zeespiegel stijgt en een kwelder vormt een soort natuurlijke buffer tegen het zeewater.
Het experiment duurt twee jaar en kost een miljoen euro. Dat wordt betaald door een waddenfonds. In die tijd wordt onderzocht of de kwelder ook echt groeit, of dat het slijk de dijk sterker maakt en of het nu langer duurt voor het slijk de haven van Harlingen weer bereikt.