"Het is vijf voor twaalf voor de bodem in Nederland"

De alve dielnimmende partijen út it bedriuwslibben, oerheid en ûnderwiis © Gemeente Eaststellingwerf
Het is vijf voor twaalf voor het bodemleven in Nederland. Daarvoor waarschuwt onderzoeker Gerard Korthals van het Nederlandse instituut voor ecologie. Hij was een van de sprekers bij de lancering van het kennisconsortium Bodem in Oosterwolde. Op het Ecommunitypark daar komt een kenniscentrum. Het bedrijfsleven en het middelbaar en hoger onderwijs werken daar samen en doen onderzoek. De kennis die wordt opgedaan, kan meteen in de praktijk worden toegepast. En dat is ook noodzaak, aldus Korthals. Hij krijgt veel vragen van boeren over de grond.
Vooral hoe ze die goed vruchtbaar en bewerkbaar kunnen houden. Door de zware landbouwvoertuigen die worden gebruikt, wordt de grond inelkaar geperst en is er sprake van verdichting. Het water kan dan meteen wegzakken. Ook neemt het bodemleven af en raakt de grond op sommige plaatsen uitgeput. Volgens Korthals geeft dat met de klimaatveranderingen van nu problemen in de toekomst.
Belangrijk voor boeren
Lector Duurzaam Bodembeheer Emiel Elferink van Hogeschool Van Hall Larenstein denkt dat het kenniscentrum een belangrijke stap is om de bodem weer gezond te doen lijken. Boeren kunnen daar ook economisch van profiteren, aldus Elferink. De kwaliteit van groente wordt beter en dat is ook goed voor de consument.
Onderzoeker Gerard Korthals: "Het is niet moeilijk de diversiteit terug te krijgen. Wij kunnen boeren goed adviseren". Volgens Korthals zitten boeren nu vaak in een vicieuze cirkel. Ze moeten wel met zwaar materieel het land op omdat ze anders de gewassen er niet af kunnen krijgen. Er moet mest worden uitgereden om te zorgen voor goede grond. Maar door zaken net anders aan te pakken, kunnen de boeren zo toch uit die cirkel weg, zegt Korthals. "Door bijvoorbeeld de bandenspanning te verminderen. De druk op de grond neemt dan af. Of door de restjes stro uit te strooien over het land. Dat is erg goed voor het bodemleven".
Burgemeester Harry Oosterman van Ooststellingwerf heeft hoge verwachtingen van het kenniscentrum. Het haalt jonge mensen naar Oosterwolde toe en ook vernieuwing. Nieuwe ideeën over hoe bijvoorbeeld de landbouw beter kan. Dat geeft nieuwe dynamiek." Volgens Oosterman kunnen ook andere sectoren zoals de recreatie en toerismesector daarvan kunnen profiteren.
Gerard Korthals hoopt dat het over vijf jaar gewoon is dat nieuwe ideeën uit de wetenschap via het kenniscentrum in Oosterwolde overgenomen worden in de praktijk. Dat is volgens Korthals de belangrijkste doelstelling richting de toekomst.