Aantal huishoudens met een laag inkomen ligt hoog in Fryslân

Het aantal Friese huishoudens met een laag inkomen is de laatste vier jaar toegenomen. Leeuwarden staat bovenaan met bijna 16 procent, gevolgd door Harlingen en Smallingerland. Het blijkt volgens het Fries Sociaal Planbureau dat veel huishoudens die tijdens de economische crisis in financiële problemen zijn gekomen, daar weer moeilijk uitkomen.
Fryslân loopt achter bij het landelijk gemiddelde. Dat zou komen doordat de economie in Fryslân zich minder snel herstelt dan in de meeste andere provincies.
Menameradiel en Littenseradiel hebben naar verhouding de minste huishoudens met een laag inkomen.
Wie hebben het vaakst een laag inkomen?
Uit de cijfers blijkt verder dat de problemen het grootst zijn bij eenoudergezinnen. 27% van hen had in 2013 een laag inkomen. Landelijk lag dit op 24,6%. Vooral gezinnen met minderjarige kinderen zitten geregeld in de problemen: 37,7% in Fryslân tegenover een landelijk gemiddelde van 34,2%
Binnen Fryslân scoren Kollumerland (46,8%), Achtkarspelen (43,5%) en Weststellingwerf (42,6%) het slechtst. Het Bildt deed het met 26,8% het beste.
Naast eenoudergezinnen komen ook de eenpersoonshuishoudens relatief vaak in de problemen door het inkomen. Echtparen zonder kinderen of met kinderen boven de 18 jaar hebben het minst vaak een laag inkomen.
Wanneer is er sprake van een laag inkomen?
Het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) heeft het niet over armoede, maar over een laag inkomen met risico op armoede. Daar is sprake van als een gezin of huishouden niet genoeg geld heeft om de basisbehoeften te betalen. Het CBS koppelt dit aan een vast bedrag. In 2014 lag de grens op 1020 euro per maand.